Zo werkt de aanpak Voortgezet Werkplezier

Het idee van Voortgezet Werkplezier is eenvoudig: je neemt – met de hele school, locatie, team of met een paar collega’s – de tijd om te kijken hoe de situatie nu is en hoe deze verbeterd kan worden. De aanpak is geïnspireerd op de ‘Theorie U’ van Otto Scharmer. Om tot een echte verandering te komen is er vaak een omweg nodig is. Dat doe je door in een V van Verandering, vijf stappen te doorlopen: begrip, inzicht, inspiratie, ideeën en uitproberen. Op deze site vind je bij elke stap verschillende werkvormen die je in gesprek brengen. Je kiest zelf welke werkvormen je wilt uitvoeren. Je kunt enkele of alle werkvormen toepassen.

Voortgezet Werkplezier is een positieve en oplossingsgerichte aanpak die manieren aanbiedt om (samen) van werkdruk naar werkplezier te gaan. Er is aandacht voor de visie en mening van werknemers en leidingevenden. Samen worden oplossingen bedacht en uitgeprobeerd. Door zelf met plezier te werken, trek je anderen mee en kan uiteindelijk het hele schoolklimaat verbeteren.

Voortgezet Werkplezier gaat om het proces!

Veel scholen werken met tevredenheidsonderzoeken onder het personeel, om te peilen of de arbeidscondities in orde zijn (schoolgezondheidsonderzoek, workablility-index, vragenlijst psychosociale arbeidsbelasting,…etc.). Deze onderzoeken wijzen op iets dat om aandacht vraagt. Maar het is nog niet zo makkelijk om het vervolgens bij de kop te pakken.

Wij kunnen ons goed voorstellen dat je de aanpak Voortgezet Werkplezier inzet als een vervolg op of zelfs in plaats van een tevredenheidsonderzoek. Het verdiept inzichten en creëert de dialoog die nodig is om met elkaar bepaalde aspecten van de schoolorganisatie aan te pakken. Dit is een uniek en dynamisch proces. In dit soort groepswerk is het aan te bevelen iemand aan te wijzen als procesbegeleider. Wil je hier meer over weten, lees dan verder >>

Wanneer werkt Voortgezet Werkplezier?

Belangrijk is dat zowel management als werknemers een wens hebben om naar minder werkdruk en meer werkplezier te gaan. En dat er draagvlak is voor de aanpak van Voortgezet Werkplezier. Dat er bij werknemers de bereidheid is om tijd te nemen om met de werkvormen te werken, bereidheid is om naar elkaar te luisteren en openheid om te leren en het eens anders te doen. En dat het management de geluiden die uit de aanpak voort komen, ook serieus wil nemen. Als aan deze condities is voldaan, dan kan een school zelf aan de slag met Voortgezet Werkplezier.


De rode draad in Voortgezet Werkplezier

De rode draad in Voortgezet Werkplezier is de V van Verandering (geïnspireerd op ‘Theory U’ van Otto Scharmer). Om tot een echte verandering te komen is er vaak een omweg nodig is. Om van de ene top van de V naar de andere te komen, moet je de diepte in. Dit leidt tot inzichten, erkenning en inspiratie om aan de slag te gaan met de verandering. Zo wordt werkdruk op een creatieve, oplossingsgerichte manier aangepakt. De werkvormen uit de aanpak zijn allemaal opgebouwd via de V.
 

Daarnaast zijn in de werkvormen vier andere pijlers herkenbaar. Deze pijlers zijn manieren om van werkdruk naar werkplezier te komen:

  • werkdruk (h)erkennen: een goede blik in de spiegel en het delen van ervaringen
  • (sommige) problemen (samen) aanpakken: werken aan waar je last van hebt
  • (sommige) problemen (samen) accepteren: niet alles kan perfect zijn
  • wat goed gaat, laten groeien: waar je energie van krijgt vaker doen en waarderen

‘Wat ik doe sinds Voortgezet Werkplezier? Meer focussen op wat goed gaat!’ 

Doeke, docent natuurkunde.